zaterdag 11 december 2010

Bonus

Het is rustig in de supermarkt. Fijn, dan kan ik in mijn eigen tempo boodschappen doen en niet in het tempo van de massa.
Tot ik even later bij de kassa sta. Een mevrouw allochtone afkomst staat voor me in het korte rijtje. Er is maar één kassa open. Als haar boodschappen zijn gescand en het vriendelijke meisje achter de kassa vraagt naar haar bonuskaart, kijkt de dame verrast op.
Er verschijnt een glimlach op haar sombere gezicht. “Bonus?” vraagt ze. “Krijg ik bonus van u?”
Het vriendelijke meisje achter de kassa kijkt op. “Nou, misschien mag ik uw bonuskaart even zien als u die heeft,” zegt ze.
“Ik krijg bonus! Hoeveel bonus krijg ik?”
Het vriendelijke meisje achter de kassa blijft vriendelijk. “Heeft u een bonuskaart, mevrouw? Als ik die scan, dan kunnen we kijken hoeveel bonus u krijgt.”
“Nee, geen kaart. Ik wil bonus!” zegt de dame met een grote grijns op haar gezicht. “Geeft u mij maar bonus!” En ze houdt haar hand op alsof ze iets gaat krijgen.
Het vriendelijke meisje achter de kassa kijkt al wat serieuzer. “Mag ik uw bonuskaart dan even zien, mevrouw?”
“Bonus zien, ja!” zegt de dame tamelijk hard. “Ik wil mijn bonus zien!”
Het vriendelijke meisje achter de kassa lijkt niet in staat de kloof te overbruggen. Haar gezicht komt me niet bekend voor; ze werkt hier nog niet lang.
Ik haal mijn bonuskaart tevoorschijn, buig voorover en hou ‘m voor haar neus. “Hier, doe iets,” zeg ik zachtjes en geef haar een knipoog.
De dame kijkt verrast als ze ontdekt dat er opeens drie euro van haar aankoopbedrag wordt afgetrokken. Content stapt ze even later met haar volle boodschappentas naar buiten, nagekeken door het vriendelijke meisje achter de kassa.
“Ik wil ook een bonus,” gniffel ik tegen haar als ze mijn kaart langt de scanner haalt. Samen lachen we even. Buiten zie ik de dame van net naast haar nieuwe, grote auto van Duitse makelijk staan. Ze heeft zojuist een deukje gereden in een andere auto, maak ik op uit het tafereel met de andere bestuurder.
“Nou, daar gaat je bonus,” denk ik als ik langsloop. Ondertussen hoor ik haar foeteren tegen de andere bestuurder, die haar een schadeformulier onder de neus houdt. Het enige woord dat ik uit haar mond versta, is ‘geld’. Ik word opeens heel moe.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten