donderdag 18 augustus 2016

Wegwezen en uitpakken

Met een glimlach schuift de heer des huizes de sleutelbos over de tafel in mijn richting. Het is de laatste plichtpleging in een rijtje, deze ochtend bij de notaris. Uitleg, handtekeningen, nog wat uitleg en uiteindelijk de sleutelbos. Hoera, een nieuwe woning!
Wat later draai ik de sleutel om in het slot van de voordeur en loop lichtelijk onwennig naar binnen. Ik laat het lege huis op me inwerken. Mijn voetstappen en mijn stem galmen door de ruimte. Leuk, maar vreemd. Dit wordt de plek waar ik me thuis ga voelen, waar ik wortel ga schieten, waar mijn kinderen gaan opgroeien. Ik verheug me erop. Tegelijkertijd weet ik dat de verhuizing nu gaat beginnen. En ja..., ik heb een hekel aan verhuizen. Even later trek ik de deur weer in het slot. Naar huis - een dubbele sensatie, want ik heb nu tijdelijk twee plekken die ik 'thuis' zou kunnen noemen. Op naar de plek waarvan ik afscheid ga nemen.
Stapels verhuisdozen staan klaar. Veel van die dozen zijn gevuld, nog net zoveel zijn nog leeg. Over exact twee weken moet de tent leeg zijn, want dan zit ik nogmaals bij de notaris - dan om sleutels te overhandigen aan mijn opvolgers. Geen uitstelgedrag, aanpakken.
Op de dag die precies tussen de twee sleuteloverdrachten ligt, parkeer ik 's ochtends de gehuurde bus op de stoep. Met M. en S. ga ik aan de slag om het grote spul te verhuizen. Een karwei dat er niet om liegt. Ik zie die dag meer zweet dan koffie. Maar het lukt wonderwel, en 's avonds als ik vermoeid nog even neerplof op het ontheemde bankstel, realiseer ik me dat ik midden in de chaotische fase zit die bij elke verhuizing hoort. Hoewel ik het niet fijn vind, kan ik er ook wel om glimlachen. Het glas is niet half leeg, maar altijd half vol, zeg ik tegen mezelf. Als het even later leeg is, letterlijk, laat ik me tevreden in bed vallen.
De dagen die volgen, vertonen steeds hetzelfde beeld. Het aantal verhuisdozen in de oude woning is omgekeerd evenredig aan het aantal in de nieuwe woning. Tot de oude woning leeg is. Dan begint het échte opruimen. Hoewel ik tamelijk gestructureerd werk, is het overzicht soms ver te zoeken. "Papa, waar is onze voetbal," vraagt mijn oudste dochter. "Lieverd, als ik het wist, ging ik nu nog met jou een partijtje voetballen!"

Inmiddels zijn we een paar weken verder. Veel van onze spullen hebben hun plek gevonden. Ook een paar nieuwe kastjes die ik bij die Zweedse ballentent naar buiten heb gesleept en eigenhandig in elkaar heb gezet, staan op hun plek - gevuld en wel. Geleidelijk voelt de nieuwe plek als een thuis, en dat voelt dus goed.
"Zou je nog terug willen naar ons vorige huis," vraag ik op een ochtend aan mijn jongste dochter als we door de straat lopen. "Nee, dat niet," zegt ze gedecideerd. "Maar ik mis mijn vrienden wel," komt er wat voorzichtiger achteraan terwijl ze mijn hand vastpakt. Ik leg haar uit hoe dat werkt met verhuizen. Dat je iets achterlaat, maar dat je er doorgaans ook veel voor terugkrijgt. Ze telt pas vijf jaren, maar heeft een denkvermogen dat haar leeftijd overstijgt. Ze begrijpt mijn woorden.
Even later hapt ze thuis gretig in een krentenbol. Slurpt door een rietje van haar chocolademelk. "Verhuizen is ook best leuk," zegt ze met een grote grijns. "Ik ga nieuwe vrienden maken. Leuke vrienden!" Ik weet dat ze het goed oppakt. Verhuizen is helemaal niet zo erg, bedenk ik, ook al heb ik er een hekel aan. Ik zou nog wat van haar kunnen leren. We lachen samen. En voldaan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten