dinsdag 17 november 2015

Vrijdag de dertiende

De kalashnikov. Het meest verspreide vuurwapen ter wereld. Bij volautomatisch vuur spuugt-ie zo'n tien kogels per seconde uit de loop. Die kogels, van het kaliber 7.62 mm, hebben een snelheid van circa 720 meter per seconde. Met die feiten in mijn achterhoofd probeer ik mij steeds te verplaatsen in wat er zich heeft afgespeeld in Le Bataclan, het Parijse theater dat opeens wereldberoemd werd. In wat zich voltrok op de terrassen in het tiende en elfde arrondissement van de Franse hoofdstad.
Maar ik vind het moeilijk mij iets daarbij voor te stellen - misschien wíl ik het ook wel niet.
Onwillekeurig probeer ik het. Probeer me voor te stellen wat er gebeurt als je met je vrienden op een terras zit. En plots verstoren harde knallen het genietbare. Paniek, geschreeuw, glasgerinkel, mensen die op de grond vallen - in een reflex, of gewond, of dood. Zomaar. Uit het niets. Van het ene op het andere moment uit het leven gerukt door duistere krachten, waar wij westerlingen amper weet van hebben.
Le Bataclan. Op tv en op internet zie ik zie beelden van mensen die via een achteruitgang de hel op aarde ontvluchten. Sommigen gewond, al dan niet ondersteund door vrienden of volslagen vreemden. Ik zie bloedsporen. Hoor angstig geschreeuw. En zie een zwangere vrouw aan een vensterbank hangen, meters boven de grond. Geen pen die haar doodsangst ooit kan beschrijven. Binnen klinken schoten, gaan mensen dood. Allahu akbar. God is de grootste.
Vrijdag 13 november 2015. De dag die in ons collectieve geheugen is gebeiteld, de dag van het onrecht. De dag dat het duistere gezicht van religie van zich deed speken. In ons eigen, veilige Europa. Dat samen met grote broer Amerika nobel het onrecht bestrijdt. Met name uit islamitische hoek.
Daar weten wij in ons kikkerlandje trouwens ook wel raad mee. Nog altijd spreken onze geschiedenisboeken van 'politionele acties', maar het waren in feite niet veel meer of minder dan keiharde pogingen om het toenmalige Nederlands Indië binnenboord te houden - met alle agressie tegen de inheemse bevolking van dien. Wij waren het eerste land dat door de Verenigde Naties op de vingers werd getikt. Voor de statistieken: negentig procent van de Indonesiërs is moslim. Ja, wij Nederlanders weten wel hoe je met moslimterroristen moet omgaan. Maar het nadeel van bloed is dat het kleeft. Bij voorkeur aan onze handen.

Vele jaren later, van een totaal andere orde, maar net zo hypocriet: hoe kwam Sadam Hoessein aan de grondstoffen voor het gifgas dat hij tegen de koerden in zijn land gebruikte? Wie begon er een totaal ongefundeerde oorlog om diezelfde Sadam Hoessein uit het zadel te werpen? Een oorlog die het land grandioos ontwrichtte en in diepe chaos stortte. Om het over Afghanistan nog maar niet te hebben. Lang genoeg heeft het Westen zwijgend toegezien hoe Bashar al-Assad in Syrië rare dingen deed. Maar nu ook dit land steeds verder afglijdt in chaos en ontreddering, krabben we ons achter de oren. Probeer dat probleem nog maar eens netjes op te lossen. Zeker als je sommige strijdende partijen al hebt voorzien van wapens en militair advies.
Extremistische organisaties als al-Quaeda en IS vinden een rijke voedingsbodem op plekken waar Koning Chaos regeert. Maar wat maakt dat Koning Chaos op sommige plekken regeert? Wie heeft er nog schone handen? Niemand. Een aanslag als die van 11 september 2001 is ook niet zomaar gepleegd omdat New York nou toevallig de dichtstbijzijnde stad was en omdat het die dag niet regende.
De geest is uit de fles. En wil er niet meer in. Hoelang vechten we al tegen al-Quaeda? Hoe hard hebben we IS al gebombareerd? Het mag niet baten. Hun strijdtoneel is niet het slagveld. Hun échte strijdtoneel is onze samenleving. Niets rechtvaardigt bloedige aanslagen zoals die in Parijs. Maar we moeten er ook niet meer verbaasd van opkijken. Ik vrees dat het nog vaak vrijdag 13 november 2015 zal zijn. Want Allahu akbar. God is de grootste.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten