zondag 28 oktober 2012

Naar de kroeg

Het is een op een mooie zondagmiddag in de herfst als we neerstrijken op het terrasje. Tijd voor koffie met appeltaart. Buiten op het terrasje is het rustig. Binnen is er een dansmiddag. Oubollige muziek, afgezwakt door geluidwerend glas, komt me tegemoet. Binnen vooral zestigplussers. En ja, er wordt gedanst.
Een grijsharige man, jaartje of zeventig, staat voor de deur en kamt nog even zijn haren. Stopt de kam in de borstzak van zijn te grote colbertjasje en stapt naar binnen. Onwillekeurig dwalen mij gedachten af naar die ene vrijdagavond, lang geleden.
Ik stap met T. een cafeetje binnen voor een snel pilsje en om even bij te kletsen. Binnen blijken we de junioren van de kroeg te zijn. Omringd door mannen met grijze bakkebaarden en vrouwen in bloemetjesjurken bestellen we ons pilsje. T. en ik kijken elkaar bedenkelijk aan. Doen we dit? Ach ja.
Halverwege het pilsje valt het ons op. De overjarige dames vinden ons wel gezellig. "Dag jongeman," zegt een vriendelijke, oudere dame tegen T. Ze staat te dicht bij hem en wrijft over zijn onderarm. Arme T. kijkt me fronsend aan. Ik lach, terwijl de foute schlagermuziek in mijn oren toetert.
Even later vraag ik of hij een pen heeft, zodat ik een e-mailadres kan noteren dat hij noemt. "Ik heb wel een pen voor je," hoor ik een vrouwenstem naast me zeggen. "Pak maar," en ze stopt de pen schaterlachend in haar decolleté. Verbaasd kijk ik de rimpelige diepte in. Nee, daar waag ik me niet aan.
Opnieuw kijkt T. me fronsend aan. Als een boer met kiespijn lacht hij naar de opdringerige dame naast hem.
Een paar meter verderop zie ik twee oudere heren ruzie maken. Het gaat overduidelijk om de gunst van een dame. De gemoederen lopen hoog op en de dame in kwestie doet haar best de twee kemphanen te scheiden.
T. en ik kijken elkaar veelzeggend aan. Snel naar buiten. Vlak voor de uitgang voel ik nog een hand over mijn billen glijden. "Zooooo, wat een kontje," zegt een vrouwenstem schuin achter me. Ik hoor meerdere vrouwen lachen.
"En nu naar een normale kroeg," zegt T. zuchtend als we buiten staan. We lachen. En voegen de daad bij het woord.
"Ze heeft je hulp nodig," hoor ik mijn vrouw zeggen. "Waar ben je met je aandacht?" Ik ben meteen weer in het hier en nu. Naast me zit mijn jongste dochtertje. Ze probeert met een rietje van haar drinkyoghurt te slurpen, maar dat lukt haar niet helemaal. Tevreden lacht ze naar me als ik haar help. Ik word er vrolijk van en moet even denken aan T. Wat zouden we gelachen hebben als we hier op dit terras hadden gezeten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten