zaterdag 7 april 2012

Naar de tandarts

Tandartsen. Ik heb er maar een rare verhouding mee. Het begon allemaal al toen ik nog letterlijk in mijn kinderschoenen stond. Tandarts S. was er een van de oude stempel. Pijn aan mijn tanden had ik nooit, maar als ik bij S. in de stoel had gelegen, liep ik dagenlang met tandpijn rond.
Zijn praktijkruimte was groot en fel verlicht. S. droeg een lange, witte jas. En met zijn grijze, achterovergekamde haar deed hij me nog het meest denken aan de Britse acteur Christopher Lee. Veel woorden maakte hij nooit aan me vuil. Strenge blik, harde hand, en als hij klaar was, verliet ik met klamme handen zijn praktijk.
Mijn broer was onze sterspeler. Als hij op de kalender het halfjaarlijkse tandartsbezoek zag naderen, werden zijn nachten steeds korter en de zweetplekken onder zijn oksels steeds groter. Toen hij rond zijn negentiende in dienst moest, juichte hij het uit toen hij in zijn opkomstbrief las dat hij vanaf dat moment ook voor tandheelkundige zorg onder Defensie viel. Ik was blij voor hem.
Na zijn diensttijd liet hij er geen gras over groeien. "Ik wil een normale, moderne tandarts," bezwoer hij onze ouders.
En zo geschiedde. Na slechts één bezoekje van mijn broer aan tandarts G. besloot ik ter plekke mijn broer te volgen. En ja, wat een verademing! Een jonge, goedlachse tandarts zónder lange, witte jas die niet te beroerd bleek je een verdoving te geven voordat hij de boor hanteerde. En die later oprecht geïnteresseerd vroeg hoe mijn studie verliep.
Maar hij was het ook die mij voorzichtig naar de kaakchirurg stuurde wegens een vervelende verstandskies. Waarop de kaakchirurg zijn schouders ophaalde, iets gromde over een onduidelijke verwijsbrief, vier röntgenfoto's liet maken en mij terstond verloste van vier verstandskiezen. Ik durf er nu nog grof geld om te verwedden dat S. ze er alle vier zelf uit had gehaald.
Tegenwoordig woon ik in een andere hoek van ons kikkerlandje. Mijn huidige tandarts is een charmante, goedlachse gentleman, die net als G. subtiel te werk gaat. Onlangs nog lag ik vrij relaxed ter controle in 's mans stoel. Nee, pijn en angst associeer ik allang niet meer met tandartsen. Maar toen hij me terloops mededeelde dat hij over niet al te lang toch een kroon ergens achter in mijn mond wil plaatsen, moest ik even slikken. En niet zozeer vanwege de kosten.

1 opmerking:

  1. Heeeel herkenbaar Paul, en...ik weet precies wie je bedoelt! Ook wij zijn met de hele familie gevlucht naar een tandarts G. die er voor gezorgd heeft dat het weer goed gekomen is met de jeugdtrauma's. Mooi verhaal! Groetjes, Astrid.

    BeantwoordenVerwijderen